Tips rondom kraambezoek
Tips rondom kraambezoek
Bij de geboorte van een kindje hoort natuurlijk ook kraambezoek. Familie, vrienden, buren, familie van familie kunnen niet wachten om de nieuwste aanwinst te komen bewonderen, en jij kunt vast en zeker niet wachten je kindje te showen. Toch een puntje van aandacht:
Die eerste paar weken na de bevalling zit je namelijk hoogstwaarschijnlijk – ondanks de slapeloze nachten – boordevol energie. Je voelt je (in de meeste gevallen) bijna euforisch, en de adrenaline alsmede hormonen gieren door je lichaam. Kortom: je voelt je alsof je de hele wereld aankunt en zo gedraag je je waarschijnlijk ook, je bent in de wolken en iedereen is welkom. Máár, als je nu te veel hooi op je vork neemt, betaal je later de rekening. Belangrijk dus om jezelf in bescherming te nemen. En ben je daar geen ster in, dan zal die eerste week de kraamverzorgende erop toezien dat je je rust neemt, en hopelijk ook je partner, mocht je jezelf niet helemaal of helemaal niet in de hand hebben.
Als ze dan toch komen is het meest gangbare het ‘normale’ kraambezoek. Er komt iemand (of meerdere iemanden) bij je thuis om je kindje te bewonderen. Maar hoe houd je deze bezoekjes leuk én te doen voor zowel jou als je pasgeborene. Want zoals gezegd: je voelt je misschien top, maar als je ongemerkt teveel vraagt van je lichaam en jullie uithoudingsvermogen, krijg je ‘m uiteindelijk toch om je oren, en dat moeten we dus zien te voorkomen. Hoe dan? Maak van tevoren met je partner, de kraamverzorgende en eventueel met het aankomende kraambezoek duidelijke afspraken over kraambezoek en stick to the plan. Deze afspraken kunnen zaken betreffen als:
– Wie komt er al eerste op bezoek: wanneer mogen familie en beste vrienden komen, wie volgt erna.
– Voel je niet bezwaard het bezoek na een half uurtje weer weg te sturen, zeker de eerste weken. Jij en je baby moeten echt nog bijkomen van de door jullie geleverde topprestatie en het is moeilijk je verstand te volgen waar emotie, adrenaline en hormonen overheersen. Als je het zelf moeilijk vindt om nee te zeggen, vraag dan aan je partner of kraamverzorgende het bezoek te regelen. En lig je nog in het ziekenhuis, dan kun je het van tevoren vast wel op een akkoordje gooien met een verpleegkundige, dat zij het bezoek vraagt weer te vertrekken
– Zorg ervoor dat er niet te veel bezoek op een dag komt. Eén hooguit twee bezoekjes per dag, de rest komt later wel, genoeg dagen in een jaar.
– Hoe ongastvrij het ook mag klinken; probeer andere kleine kinderen nog maar even buiten de deur te houden. Die kunnen nog wel eens zorgen voor een teveel aan prikkels in de vorm van kabaal, rotzooi, te hard aaien, en vooral snotkusjes en ongewenste virussen en daar zit je nu even niet op te wachten. En meestal kom je pas achter het teveel aan prikkels als het kwaad al is geschied. Met als gevolg: borstvoeding die niet meer lekker loopt, een baby die overstuur is, teveel slaapt of juist te weinig… en dan kun je wel fluiten naar een lekker rustig voedings- en slaapritme. En eerlijk is eerlijk; dat is toch wel het hoogst haalbare als de euforie en adrenaline zijn uitgewerkt en vermoeidheid z’n intrede heeft gedaan. Geef van tevoren aan dat kleine kindjes een beetje op afstand moeten worden gehouden (hint hint: niet mee moeten worden genomen).
Hoe dan ook doe het vooral op je eigen manier, alleen onthoud dat zelfs je inschattingsvermogen het deze tijd verliest van alle hormonen en dat jij en je kindje (o ja, Jan dus ook een beetje) het dan vaak moeten ontgelden.
