De bevalling van Eef

De bevalling van Eef: eentje die je iedere vrouw het liefst zou besparen.

Te koop – lees ik in spiegelbeeld op het bord aan het slaapkamerraam. Ik moet wereldsterren binnenhengelen voor een freelance TV klus voor een presentatrice wiens agenda minstens even vol zit als die van de echte grote sterren. Maar ik dwaal af en denk aan hoe ik door dat zelfde raam staarde toen ik wachtte op mijn rambezopen vriend terwijl ik de weeën opving. Hij was de hele zwangerschap braaf aan de maltbiertjes, maar deze middag had hij een rondleiding in een brouwerij.

Een stagiair, een bevalling en een man met kater
De verloskundige was een stagiair voor wie het de eerste bevalling was. Ik zag hoe ze 11, 12, 13 keer moest insteken voor een dubbele parkeerplek. De bevalling ging voorspoedig, ondanks mijn vriend die in het andere bad met 3 espresso en 4 tosti’s probeerde nuchter te worden. En ondanks de demotiverende opmerkingen van de verloskundige in spé. Toen ze vroeg hoe lang ik al bezig was had ze mijn ‘half acht’ geïnterpreteerd als 7:30 uur en dus zei ze vlak voor de persweeën: anders ga je nog even een stukje wandelen. Wandelen?! Er hangt een half hoofd tussen mijn benen, nee dankuwel, ik ga nog even verder waar ik mee bezig was.

Een paar minuten later was ‘ie er, zo schattig klein en ai, met een hazenlip. De schrik zat er goed in bij de superbuurvrouw die ik tegen haar wil lichtelijk dwong me bij te staan omdat de vriend nog steeds in het andere bad lag te ontnuchteren. Bij mijn vriend kwam de nuchterheid tegelijk met de baby. Mijn eerste gedachte was eerlijk toegegeven toch echt: al komt ere en konijn uit, mijn klus zit erop, mag ik nu een glas champagne? Met dat lipje kwam het goed door een Joaquin Phoenix repair, maar met de relatie liep het minder goed af.

Vanochtend hebben we de verkoopborden opgehangen. Het grote paleis met twee badkamers (handig als je je weeën wilt opvangen in warm water en je vriend wil ontnuchteren in een warm bad), twee open haarden die in theorie veel romantiek kunnen aanwakkeren. Op het schoolplein vanochtend 2 keer de vraag ‘gaan jullie verhuizen, wat geweldig, waar gaan jullie naar toe?’ en 1 huilende moeder ‘oh, ik vind het zo zielig voor de kindjes’.

De bel. De buurman met baret en boodschappentas. De buurman die zó behulpzaam is dat ‘ie al met het bandenplakspul naast je staat, heel stilletjes ook als een spook, nog voordat de band lek heeft kunnen gaan. Met betraande ogen doe ik open. Hij laat de tas prompt vallen. ‘Mag ik je even stevig omhelzen.’ Ehm, nou… Ik voel mijn wang platgedrukt tegen zijn dunnige muf ruikende borstkas. Dit is inderdaad wat je noemt een stevige omhelzing. En een lange, zeg. Een lange, stevige omhelzing. ‘Slapen jullie al gescheiden?’ SLÁPEN JULLIE AL GESCHEIDEN? Heb ik jóú al gescheiden, ongelooflijk misplaatste francofiel! Dacht ik, zei ik niet. Ik stamelde geloof ik wat onbenulligs.

Ik verhuis van Watergraafsmeer naar een stukje verderop, watergraafsminder. Ben over dát aspect niet perse rouwig.

Reageer op artikel:
De bevalling van Eef
Sluiten