De bevalling van Lisanne

Ik was zwanger van ‘nummer 4’. De zwangerschap verliep heel relaxt en bevallen daar zag ik ook niet zo tegenop, want bij de eerste drie was het ook heel voorspoedig gegaan: 8 uur, 4 uur en 2 uur. Iedere bevalling werd makkelijker en was gehalveerd in tijd. Als íets me al zorgen baarde, was het wel of ik op tijd in het ziekenhuis zou aankomen en niet ergens halverwege huis en ziekenhuis in een berm zou moeten bevallen. Want dat ik in het ziekenhuis zou bevallen stond in ieder geval vast: geen gedoe thuis met drie jonge kinderen die snel opgehaald zouden moeten worden en mensen die in en uit zouden lopen terwijl ik zou staan de puffen. En daarbij vond ik het ziekenhuis ook eigenlijk gewoon een hele veilige gedachte. Daarbij kwam dat een oud studievriendje van mijn man gynaecoloog is en de controles altijd bij hem waren geweest, dus hij had aangegeven het wel heel erg leuk te vinden de bevalling ook te doen, of hij nou dienst had of niet die betreffende dag.

 

Ik was een paar dagen over de uitgerekende datum en de ouders van vriendinnetjes van onze dochters, waar we de meisjes zouden onderbrengen in geval van bevallen, waren in opperste staat van paraatheid… zeiden ze.

Het was twee uur ’s nachts toen mijn vliezen braken. Kids snel wakker gemaakt, ‘vluchtkoffertje’ stond al weken in de auto klaar, kids slaapdronken in de auto gestopt en racen maar naar de ‘opvangouders’. Bij 1 en 2 ging het lekker vlotjes: dikke kus gegeven en gezegd dat we als cadeautje een baby’tje mee terug zouden nemen, de kids snel overgedragen, alles goed en wel… Alleen bij nummer 3 kregen we maar geen gehoor, en ook de deurbel werd niet gehoord. Lichte paniek (bij mij dan, mijn man is serieus niet zenuwachtig te krijgen), want we waren inmiddels al 20 minuten verder en ik zag mezelf al in de auto bevallen (de weeën werden heftiger en heftiger). Mijn man stelde al voor om haar dan maar gewoon mee te nemen naar het ziekenhuis, maar na wat steentjes tegen de ramen gegooid te hebben, werd er gelukkig na vijf eindeloos durende minuten dan toch opengedaan (ik ben zelden zo opgelucht geweest).

 

En toen snel door naar het ziekenhuis. De bevriende gynaecoloog hadden we inmiddels al gewaarschuwd dus die stond al klaar voor het spektakel. Toen we aankwamen bij de receptie zat de nachtportier duidelijk om een praatje verlegen en we wilden niet onbeleefd zijn dus bleven even staan kletsen (mijn man dan, ik zat weeën weg te puffen). Toen dat gezellige praatje te lang neigde te duren en ik onrustig werd en mijn man mijn signaal opving, vroeg hij rustig aan de portier “wilt u dat het kindje hier in de gang ter wereld komt, of toch liever op de afdeling verloskunde?”… de portier had spontaan geen zin meer in een praatje.

Bij de afdeling verloskunde stond de gynaecoloog al op ons te wachten. Ik werd ‘geïnstalleerd’ en de mannen begonnen herinneringen op te halen terwijl ik lag te blazen en te puffen. Toen ik tussen 2 weeën door vroeg “Joehoe! Kun je misschien héél even kijken wat de status is??” zei de bevriende gynaecoloog “Het is je vierde! Dit klusje kun je nu toch inmiddels wel zelf klaren?!” (… grapje uiteraard). En het theekransje ging gezellig verder. Pas toen na een paar minuten de verpleegkundige zei “Dokter, ik denk dat het nu toch wel tijd is om even te komen kijken” kwam hij, en inderdaad: ik mocht gaan persen. Drie persweeën later was daar ons vierde dochtertje.

 

Wat een rijkdom. En wat een relaxte bevalling weer; een uurtje maar deze keer, wéér in tijd gehalveerd.

Hoe dan ook, geen vijfde meer voor ons. Veel te bang dat dat wel een berm-bevalling gaat worden.

Reageer op artikel:
De bevalling van Lisanne
Sluiten