Redactie
Redactie Gastblogger 17 okt 2019

Supermama’s

Een mooi verhaal over ons, jullie, alle mama’s: supermama’s

 

Ik zou haar zo graag willen troosten.

Ze zit op de bank en ze huilt en ze is verdrietig en ze huilt maar ze heeft een baby en ze vindt dat ze niet verdrietig mag zijn want ze heeft een baby en hoeveel vrouwen zijn er niet die graag een baby willen maar die niet kunnen krijgen? Nou dan.

 

Ik zou haar zo graag even willen vasthouden.

Ze rent ze vliegt ze holt en ze put zichzelf uit maar ze mag niet zitten. Ze mag niet rusten. Ze mag niet ontspannen. Want ze hoort dingen te doen en bezig te zijn en schoon te maken en steeds als ze toch eventjes gaat zitten dan hoort ze de baby alweer.

 

Ik zou haar zo graag willen vertellen hoe goed ze het doet.

Ze wiegt en ze troost en ze aait en streelt en kust en knuffelt en ze heeft niet in de gaten hoeveel ze geeft. Ze geeft en geeft en geeft maar. Ze plakt pleisters en legt koude washandjes op een bult die op een klein verhit voorhoofd verschijnt en ze kust tranen weg.

 

Ik zou haar zo graag willen zeggen dat het goedkomt.

Ze struikelt door de slapeloze nachten vol met hoestbuien en snotneuzen en doorkomende tandjes. Ze drukt voor de vierde keer de knop van het koffieapparaat in want de inhoud van de drie bekers daarvoor kon ze telkens weer, koud geworden en wel, door de gootsteen spoelen. Het is maar een fase en dat weet ze heus wel maar mennnn soms is ze moe, zó moe dat ze het ook allemaal niet meer weet.

 

Ik zou haar zo graag willen zeggen hoe trots ik op haar ben.

Want ze zorgt en ze voedt en ze kookt en ze is maar bezig, bezig, bezig. Ze bouwt en ze bouwt en ze bouwt: niet alleen met duplo en blokken en met lego en Playmobil maar ze bouwt aan een veilige haven en een basis en een thuis en dat doet ze eigenhandig, steen voor steen. Ze knutselt of leest voor of bakt koekjes of zingt liedjes of tilt haar kinderen in de kinderstoel en er weer uit, in het bedje en er weer uit, in het boodschappenkarretje en er weer uit, in de buggy en er weer uit.

 

Ik zou haar zo graag tonen hoe sterk ze is.

Ze sjouwt: van onwillige peuters tot MaxiCosi’s vol liefde tot de wasmand naar beneden en de stofzuiger naar boven. Ze maakt meters en uren en zet zichzelf opzij en achteraan. Ze denkt aan speelgoeddagen op school en attenties voor de juffendag, inloopochtend en tienminutengesprekken. Ze denkt aan verjaardagen en trouwdagen en cadeautjes voor kinderpartijtjes, aan lampionstokjes en aan een regenjas voor het afzwemmen. Ze denkt aan haar vrienden en vriendinnen en is er voor ze wanneer ze maar kan.

 

Ik zou haar zo graag willen laten zien hoe mooi ze is.

Maar ze veroordeelt zichzelf en ziet alleen haar minder mooie kanten. De putjes en de rondingen en de stretchmarks en die ene broek van Vroeger waar ze nooit meer in zal passen en ze zucht en voelt zich onaantrekkelijk. Ze meet zichzelf in kilo’s, niet in blijheid.

Ze ziet het niet meer. Die prachtige ogen, vol wijsheid die er eerst niet was. Dat mooie haar. Dat sterke lijf. De aanstekelijke lach. En oh lachte ze maar wat vaker en wat breder en wat zorgelozer.

Ze ziet niet meer die handen die alles kunnen: van veters strikken tot pleisters plakken tot pijntjes wegtoveren. Van Barbiehaar uit de knoop halen tot poppen in nauwsluitende pyjamapakjes wurmen. Van kraaltjes uit dreumes-neusgaatjes peuteren tot de allerbeste tosti’s maken. Van hard wanneer nodig tot zachter dan teder. En ze vindt het allemaal maar normaal. Vanzelfsprekend. Maar dat is het niet.

 

Ik zou haar zo graag willen vertellen dat ze het zelf kan.

Dat ze niet overal en bij iedereen bevestiging hoeft te zoeken. Ze leest erover, ze twijfelkont, draait, denkt, piekert, zwijgt, zucht, bijt door, verslikt zich en gaat weer verder. Twijfelt aan haar skills die ze van nature heeft. Dat ze het allemaal kan. Sterker nog: dat ze het allemaal dóet!

 

Ik zou haar graag willen vertellen dat ze veel liever voor zichzelf mag zijn.

Dat ze jokt over dat de speeltuin gesloten is en dat ze echt niet weet waar die chocolade is gebleven die ze gisteren uit de kast heeft getrokken, dat dat echt heel oké is. Dat ze geen zin heeft om te koken, om te knutselen of te spelen op de grond en dat ze daarom even lekker de iPad tevoorschijn tovert. Dat ze geen zin heeft in seks of die ene verjaardag of afspraak, en daar is echt niks mis mee. Dat ze ook voor zichzelf mag kiezen. Ook de dingen mag doen waar zij zelf blij van wordt. Omdat haar blijheid af zal stralen op haar omgeving.

 

Die haar, dat ben ik. En dat ben jij.

Kijk eens.

Kijk dan.

En zie jezelf eens echt.

Die mooie sterke leuke lieve grappige slimme knappe bad-ass supermama.

 

Het leed dat trakteren heet

Het leukste kinderspeelgoed

 

 

 

Reageer op artikel:
Supermama’s
Sluiten