Spruw
Spruw
Als kersverse moeder ben je zo hormonaal als wat. Door slaapgebrek zal je weerstand ook betere tijden gekend hebben. Beide kunnen een candida-infectie opleveren, ook wel schimmelinfectie genoemd. Een candida-infectie kan op verschillende plaatsen op het lichaam opduiken, maar als deze de tepels van de moeder bereikt, dan hebben we het over spruw. Geef je borstvoeding, dan kan het ook de mond van je baby besmetten. Een andere manier waarop hij hiermee besmet kan worden, is de pink. Laat dus nooit iemand zomaar een pink in de mond van je baby stoppen, ook niet als troost. Laat dat liever alleen aan je partner en jezelf over en dan nog: altijd eerst goed wassen met desinfecterende zeep.
Spruw is te herkennen aan een wittig laagje in de mond van de baby, met name op de tong en aan de binnenkant van de wangen en de lippen. Niet te verwarren met witte melkresten, die zijn namelijk weg te poetsen. Door spruw kan je baby meer moeite krijgen met drinken, ook omdat het best pijnlijk is. Een moeder hoeft zelf niet eens te merken dat ze spruw heeft, maar het kan zich uiten door branderige, jeukende tepels met soms wat schilfertjes. En als je voedt, voelt het alsof iemand met een speld in je tepels prikt.
Goed, we weten nu hoe je er aan komt en hoe het te herkennen is, maar belangrijker: hoe kom je er vanaf?
Verschoon de zoogkompressen zo vaak mogelijk en laat je tepels na het voeden even in de droge lucht opdrogen. Let goed op je hygiëne, dus verwissel de handdoek na iedere douchebeurt, gebruik in de keuken bijvoorbeeld tissues en keukenrol in plaats van theedoeken, verwissel ondergoed en bh’s ten minste één keer per dag (dat deed je hopelijk ook al toen er van spruw nog geen sprake was), maar ook kleding waarop je (moedermelk) geknoeid hebt. Was alles op ten minste 60 °C; je zou de wasbeurt kunnen afsluiten door na te spoelen met azijn. En steriliseer (of maak het zo goed mogelijk schoon als steriliseren geen optie is) iedere dag alles dat met moedermelk of met zijn mond in aanraking komt, zoals spenen, flessen en knuffeltjes.
Let op: Mocht dit alles niet helpen, raadpleeg dan een lactatiedeskundige of de huisarts, want dan zal grover geschut zoals medicatie nodig zijn.
