Onze baby op het randje

We zijn momenteel met vakantie in Spanje. Ik lig aan het zwembad met een wijntje en kijk naar mijn zwemmende kindjes. Ik geniet! Mijn oog valt op Boaz zijn litteken. Een mooi smal lijntje, verticaal over zijn borstkas, en het verhaal achter dit litteken komt terug, alsof het de dag van gisteren was:

Boaz is onze derde. De bevalling ging heel voorspoedig. Tellende vanaf de eerste wee lag hij na 2 uur in mijn armen. Mn eerste jongetje, zo mooi, zo perfect. En wederom zo’n 8 pond aan de haak. De kraamtijd verliep perfect. Achteraf te perfect. Hij sliep meteen door. Trots vertelde ik aan iedereen dat hij nooit huilde, alleen maar lief lag te slapen en dat nachtvoedingen niet aan de orde waren. Na zijn flesje viel hij in een diepe slaap en we zaten meteen al aan flesjes om de 4 uur. Ik weet nog dat ik tegen de kraamhulp zei dat hij ‘s nachts zo lag te kreunen. Lachend zei ze dat ik dat vast niet goed hoorde, want kreunen was een teken dat er iets mis was, en dat was hier duidelijk niet het geval. Maar, mede omdat hij mijn derde was, bekroop mij een ongerust gevoel.

De hoeveelheid flesvoeding hoort op te lopen, maar liep eerder terug. En de pauzes tussen zijn flesjes duurde steeds langer. Het was vrijdag. Weer dronk hij zijn fles niet leeg en viel in een diepe slaap. En ineens zei alles in mij dat dit niet goed was.

Vreemd genoeg wist ik plotseling zeker dat ik dit niet een heel weekend moest gaan afwachten en belde mijn huisarts. Steeds in gesprek. Maar omdat ik ineens zo zeker wist dat hij gecheckt moest worden sprong ik in de auto en reed naar de huisarts. De assistente hoorde me aan en zei “Het gebeurt wel vaker dat ze even wat slechter drinken. Je hebt geen afspraak en er is geen plek voor je.” Met tranen in mijn ogen vertelde ik dwingend dat hij mijn derde was en dat ik eiste dat de huisarts naar hem keek. En zo geschiedde.

Hartruis

Het eerste wat hij deed was naar zijn hartje luisteren. Ik weet nog dat ik dacht ‘wat kan zijn hart hier nou mee te maken hebben?’ Maar hij bleef luisteren, en luisteren, en luisteren…En ik wist het; hij hoort iets ongewoons. Hij borg alles op en zei meteen “Ik hoor een hartruis, ik bel nu het Juliana kinderziekenhuis op dat jullie eraan komen” Trillend stond ik Boaz 5 minuten later in de auto te laden. Achteraf kwam ik erachter dat ik in alle paniek m’n Bugaboo gewoon pal naast de weg heb laten staan en weg ben gereden (hij stond er zowaar een paar uur later nog toen mijn zwager ‘m ging zoeken).

In het ziekenhuis werd na een echo duidelijk dat Boaz een VSD had, een gat van 9 mm tussen 2 hartkamers. Hierdoor werd een groot gedeelte van zijn bloed niet zijn lichaam in gepompt, maar de andere hartkamer ingepompt. Daarom was hij al die tijd zo moe geweest. Na de bevalling is er, zoals standaard is, naar zijn hart geluisterd. Het feit dat er toen geen hartruis is gehoord schijnt niet raar te zijn, want een babyhartje functioneert iets anders meteen na een bevalling.

In deze tijd heerste de Mexicaanse griep, en omdat dit nu voor hem fataal zou kunnen zijn, werd hij opgenomen op de neonatologie. Daar zou de minste kans op infecties en dergelijke zijn. Daar lag mijn bonk tussen al die veel te vroeg geboren kindjes. Een groot verschil in kwetsbaarheid, maar als ouders keken we elkaar begripvol aan en begrepen elkaars bezorgdheid. Na een tijd geprobeerd te hebben hem met flesvoeding genoeg voeding te laten krijgen zat er niets anders op: hij kreeg een sonde. Hij kreeg speciale voeding waar veel calorieën inzaten en dit spoten we zo in het buisje, via z’n neusgat z’n buikje in.

Toen we het zelf onder de knie hadden mocht hij mee naar huis. Het doel was hem op deze manier zo groot en sterk mogelijk te maken voor een operatie. En wie weet loste het lichaam het zelf op en was een operatie zelfs niet nodig.

Wat was dit een vreselijke tijd. De sonde irriteerde waardoor hij deze bijna dagelijks uitspuugde. Thuiszorg kwam dan een nieuwe zetten, maar doordat het zo’n pijn deed, krijste hij als een speenvarken. Ik hoor het nog. Ik voel het nog. Het ging door merg en been. Ik kon het niet meer aanzien en horen. Ik smeekte de cardioloog hem te opereren. Hoe bizar; ik smeekte om een openhartoperatie op mijn baby! Maar wilde dat zijn leed eindigde. Al die tijd kreeg hij constant echo’s en ineens was er weefsel over het gat in zijn hart aan het groeien. Het gat werd kleiner. Het leek erop dat zijn lichaam het zelf aan het oplossen was. En toen kwam zelfs het geweldige nieuws; het gat was zo klein geworden dat hij als het goed was nu genoeg energie had om zelf voeding tot zich te nemen. Sonde eruit en mede door de hulp van vaste voeding.

Inmiddels kreeg hij inderdaad genoeg voedingsstoffen zonder sonde binnen. Bij de volgende echo was het gaatje zelfs zo minimaal, dat cardioloog vertelde dat een operatie niet meer nodig was! We hoefden pas over een paar maanden terug te komen voor een nieuwe echo. En zo kwamen wij een paar maanden later terug, met een fles champagne voor de cardioloog. Om te proosten op de goede afloop! Niet dus…bij deze echo bleek dat dit weefsel ook bij zijn hartklep was gaan groeien en binnen enkele weken moest hij alsnog geopereerd worden. Dit om te voorkomen dat zijn hartklep zou vergroeien. Verslagen stonden we daar. Binnen enkele weken moesten wij ons kindje naar Leiden gaan brengen voor een openhartoperatie…Een gemengd gevoel van sterk willen zijn en angst overheersten ons. Maar wat ik echt heb geleerd in deze tijd is dat het sterk zijn wint.

Enkele weken later reden wij naar het LUMC met onze Boaz achterin met als grootste wens om te keren. Naar huis te gaan en doen alsof dit niet speelde. Maar je doet wat moet, in een waas hoor je de verpleegster aan, kleed hem uit en laat hen alle voorbereidingen plegen. De operatie duurt een paar uur. Je laat enge gedachtes niet toe, zit deze uren uit, zonder besef van tijd, want je wil alle paniek en enge gedachtes blokkeren. Voor zwakte is geen plek.

En dan komt dat moment: de verpleegster meldt je dat de operatie goed is gegaan, je mag naar hem toe. En daar ligt hij, hulpeloos zo sterk te zijn. En dan komen de emoties, die van angst, boosheid, verdriet maar voornamelijk geluk uit je hele wezen, en realiseer je je heel veel dingen tegelijk, maar vooral voel je je gezegend. Dit mannetje gaan we groot zien worden!

En nu een aantal jaar later lig ik hier in Spanje. Te kijken naar deze kanjer die lachend nog eens een bommetje maakt en zijn 2 zussen en kleine broertje nat spettert. I count my blessings en schenk maar nog een wijntje in…

 

Reageer op artikel:
Onze baby op het randje
Sluiten